https://easternijtsjerk.argyf.nl/NL/gebeurtenissen

Nieuws:


Uitgelichte vensters:

Gezicht vanuit de toren, 1937.

Prachtige foto met leuke details. Zo is rechtsboven de boerderij van (voorheen) Jaap Torensma nog helemaal verstopt in de bomen van de in 1871 ingerichte Vlaskamp-tuin. 

Daar net onder is de kop-hals-romp van (nu) Harm-Jan Bandstra te herkennen waarbij in de hedendaagse tuin toen nog de woning van Jan Tjallings Holwerda stond.

Helemaal vooraan het complex-Piter-Post in 1934 gebouwd door Van der Leij, op de plek van de in 1929 afgebrande boerderij van de familie Heerma.

Links midden is de voormalige openbare school nog vrijwel in takt met daarboven de gereformeerde kerk en direct ernaast Langgrousterwei 9.

Midden op de Boate’ Hoeke staat nog het PEB-elektriciteitshokje. 

De Buorren 15 was nog het voormalige voorhuis van een boerderij met erachter een schuurtje. 

Maar het meest valt toch op de enorme rijkdom aan bomen, inderdaad deze foto is van vóór de koude oorlogswinters waarin bijna alle bomen in het dorp gesneuveld zijn. 

Gezicht vanuit de toren, 1939.
Ook deze foto is van net vóór de oorlog, getuige de vele bomen aan deze kant van De Buorren.
Linksonder is de bijzondere vorm van de woning van ‘Smids’Anna’ te herkennen,  met daarnaast het kleine huisje dat in 1911 werd gebouwd als werkplaats, maar waar in later tijd ook in gewoond werd.
Het lange huis daarachter was van de familie Eelze en Minke Weidenaar met daarachter het lichte vlak van de garage van het transportbedrijf en de bus van hun autobusonderneming op de weg, voor de woning van (nu) Jaap Bergema.
Achter de bomen naast de garage van Weidenaar is de boerderij van Jelte de Wilde te herkennen, nu Kapsalon Geertje.
Daar weer achter is nog net de kap van een woning te herkennen, in 1956 afgebroken en nu de plaats van de oprit naar de loods.
De grote boerderij uit 1915 is nu van Bote Kooistra en ernaast staan de gebouwen van het voormalige kunstmestpakhuis van de firma Slagter en Zwart waarna de vele huisjes volgen van ‘de tunen’ zoals het destijds genoemd werd.
Het huisje links in de velden, helemaal in de linkerhoek, herken ik niet, iets rechts ernaast is de weg naar Nes zichtbaar, dus dat huis moet daar ergens in het veld hebben gestaan. Iemand een idee?  

Gezicht vanuit de toren van de Sint Cecilia, na 1954.
De foto moet ná 1954 gemaakt zijn want toen werd het transformatorhokje gesloopt dat hier nog midden op de Boate’ Hoeke staat, maar vóór 1965 want van Kweekbedrijf Ropta HZPC is in de verte (links achter) nog niets te zien.

De boerderij op de voorgrond werd toen bewoond door Anne Ages de Jong. Deze boerderij werd in 1871 herbouwd waarbij het gebouw precies andersom kwam te staan: het achterstuk stond naar de Mûnewei gericht, de kop van de boerderij richting de Sint Cecilia. Meer dan een eeuw was deze boerderij in handen van leden van de familie Heeringa.

Het enigszins vooruitspringende huis links van de boerderij, maar aan de overkant van de straatweg, moet van de bakkerij van Mark Boersma zijn, met erachter de schuur van de wagenmakerij van Siebe Postma.

Helemaal links met de twee schoorstenen moet de kruidenierswinkel zijn, nu woont Jaap Tanja daar.

 

Gezien vanuit de toren van de Sint Cecilia
Ook deze twee foto's zullen vanaf de Sint Cecilia genomen zijn. Op de eerste foto zijn op voorgrond de verschillende aanbouwen van slager (toen) Brand Holwerda, daarachter het dak van (toen) melkboer Kingma en het hoge puntdak van de firma Post.

Aan de andere kant van de weg van links naar rechts: Berga, De Boer, Bergema, de winkel van De Jong, dan een lege plek en de winkel van Adema. Linksachter het puntje van de toren van de gereformeerde kerk.

Op de tweede foto is het door de hoge bomen, toen nog de populieren uit de jaren zestig, een beetje een zoekplaatje geworden maar enkele huizen zijn wel te herkennen.

Links de timmerwerkplaats van Holwerda en daarboven de daken van de bungalows. De weg in het midden en Buorfinne 20-22.

Rechts de Lytse Buorfinne en bij het begin daarvan het braakhok-brandweerhok-baarhok.

Afscheid meester Hazenberg, 1977.
In 1947 werd Bote Hazenberg dan wel benoemd tot onderwijzer aan de christelijke school te Easternijtsjerk, ver daarvoor was hij al als ‘volontair’ aan de school verbonden. Dat betekende lesgeven zonder ervoor betaald te krijgen, als vrijwilliger dus. 
In de jaren dertig van de vorige eeuw waren er veel werkloze onderwijzers die maar al te graag ervaring wilden opdoen en de schoolbesturen kregen niet voor iedere onderwijzer uitbetaald door de overheid. Hazenberg ging daarom ook nog een tijdje door nadat hij 65 jaar was geworden om nog maar wat meer pensioen op te bouwen.
Hij was bekend (berucht?) om de corrigerende tik die hij kon uitdelen met dat beroemde vierkante liniaaltje. Tot iemand snel z’n hand terugtrok en hij zichzelf met dat liniaaltje een klap uitdeelde! 
Hazenberg kwam jarenlang met de fiets van Dokkum naar Easternijtsjerk. Hij had nogal moeite om zijn rijbewijs te halen: de nieuwe auto stond al in de garage, maar slagen wilde maar niet lukken. Tot zijn vrouw het de zevende keer met een list probeerde. Ze gaf hem stiekem een kalmeringstablet en vertelde, tot Hazenbergs grote verrassing, dat hij die ochtend rij-examen zou moeten doen. ‘Maar mijn klas dan,’ protesteerde hij nog. Ik heb meester Wiersma gewaarschuwd, die heeft al een vervanger geregeld. Hazenberg slaagde! 
Op de feestelijke ouder/afscheidsavond vertelde voordrachtkunstenares mevrouw Van der Kuur het boek ‘De sûnde fan Haitze Holwerda’ geheel uit het hoofd! 
(NDC 17 februari 1977)

Brand bij Kobus Noordenbos, 1962.

Over het ontstaan van deze brand op Berchhuzen was ten tijde dat de journalist dit artikel schreef nog niets bekend, maar dat er grote schade was, is wel duidelijk. Ook het feit dat er van vrijdagmiddag om 1 uur tot zaterdagavond laat bluswerkzaamheden plaatsvonden, maakt duidelijk hoe groot de brand en dus ook de schade was.

In 1981 (zie die andere brand hieronder) verhinderden nieuwsgierigen, door hun auto ‘onhandig’ te parkeren op het smalle weggetje naar de boerderij, de brandweer om snel ter plekke te komen. In 1962 was de brandweer eerder ter plekke dan de nieuwsgierigen omdat de brand niet werd opgemerkt door de dichte mist. 
(NDC 9 januari 1962)

Oudere Easternijtsjerksters kunnen zich deze brand nog wel herinneren. Zo ook Ada van Ginneken-van der Wagen. Haar ouders Bote en Maaike van der Wagen hebben de familie Noordenbos in hun boerderijtje op Bollingwier opgevangen.

Ze hebben hen nog lange tijd onderdak geboden tot ze het bewaard gebleven voorhuis weer konden betrekken.

Brand bij Boele Terpstra, 1981.
In een serie op Facebook van verschillende foto’s die in de krant hebben gestaan van gebeurtenissen in het dorp Easternijtsjerk, kwam ook de foto hier links voor, met daarbij het artikel dat daarover in de krant stond. 


Het betreft de brand in het bedrijfsgedeelte van de boerderij van Boele Terpstra op Bollingwier/Berchhuzen. Dat was met recht een dramatische brand, na een eerdere brand in 1962 (zie hierboven) toen Kobus Noordenbos nog op deze historische boerderij zat. Een verwijt aan de ‘ramptoeristen’, dat zullen meest Easternijtsjerksters geweest zijn, staat in het laatste gedeelte van het artikel!


Verschillende dorpsbewoners hebben herinneringen aan deze brand. Bijvoorbeeld Christiaan Holwerda, hij woont nu in de provincie Groningen, die schrijft:
Dit staat gebrand op mijn netvlies. Ik was 10 jaar toen we met de zwembus naar zwemles gingen vanuit school. We zagen toen net buiten Oeasternijtsjerk de grote rookwolken. Dat was schrikken!
Ook Christina Post kwam met een reactie: No dit wie wol wat hjer! Myn omke Christ wie dêr oan't wurk en doe ûntstie de brân.
(NDC 28 september 1981)