De Buorren-2 - De foto's-1
De Buorren in 1906.
Links is nog net het afstapje naar de gracht rond de pastorie te zien met ernaast It Lykpaad, het pad waarlangs de begrafenis-stoet naar het kerkhof liep.
In het huis links op de hoek woonde eens Foeke Sjoerds, vermaard schoolmeester en historieschrijver. Echter niet in ditzelfde huis want in 1822 werd er een nieuw huis gebouwd voor het hoofd van de school. Die school stond achter huis huis aan wat nu de Foeke sjoerdsstrjitte heet.
Het witte hek rechts staat voor een nog net zichtbare slagerij (ronde kajuit) met daarachter een ‘njidstâl’, een toestel om paarden in te beslaan, voor de smederij van Jan Postma.
De straatverlichting rechts en de bomen links voor de huizen zijn reeds lang verdwenen.
Het eerste huis rechts, tegenwoordig bewoond door de familie Douma, is rond 1955, toen de weg door het dorp werd verbreed, een paar meter naar achteren ‘verplaatst’.
De Buorren, richting het oosten, 1932.
Het huis rechts op de foto (De Buorren 12) is tijdens de verbreding van de weg in 1955-56 een paar meter naar achteren verplaatst. Melkventer Tamme Lolkema woonde er toen.
Daarnaast is nog net de ronding van de kajuit te zien van de slagerij van Egbert en Fedde de Vries, in 1956 is de slagerij helemaal verbouwd toen Brand Holwerda er kwam wonen, de deur die eerst links in de voorgevel zat, werd naar rechts verplaatst.
Dan komt de smederij van toen Klaas van Tuinen, in 1956 door Sieger Cuperus afgebroken, waarna er een nieuwe woning werd gebouwd waar o.a. Haike Kingma een melkzaak had.
Het eerste huis links is de kapsalon van Kingma, in oorlogstijd was Jacob Kingma er kapper, hij zat in het verzet. Tijdens de pauzes van de repetities die U.D.I. in het pand erachter (de oude openbare school) hield, overlegden Jacob Kingma, Yme Holwerda en directeur Klaas van Dijk over verzetszaken.
Na de oorlog emigreerde Jacob Kingma en werd kapper Anne van der Vliet in 1951 de nieuwe eigenaar. Het huis naast de kapsalon, met het hoge puntdak, was de manufacturenzaak van Jacob Berga.
De Buorren, 1930.
Gezicht richting gereformeerde pastorie.
Links het huis, gebouwd in 1822 waarin tot 1883 het hoofd der openbare school woonde. Aaltje Kingma-Ritskes begon er in 1929 een winkel en kapperszaak in. Zij was de weduwe van Jacob Haikes Kingma die in de Eerste Wereldoorlog was gemobiliseerd, met een longontsteking thuis kwam en op 7 juni 1915 overleed, zijn vrouw met vijf kinderen achterlatend en een zesde kind op komst. Dat was Jacob Jacobs Kingma, geboren in februari 1916, die zijn moeder als kapper opvolgde en in 1951 emigreerde.
Het huis rechts was een slagerij, Fedde en Egbert de Vries woonden er lange jaren voor Brand Holwerda in 1956 de woning verbouwde waardoor de slagerswinkel aan de straatkant kwam met een deur aan de rechterkant.
Het pand ernaast was de smederij van Jan Postma, maar die stierf in 1919 aan de Spaanse griep. Smidsknecht Anne van Driesum hielp de weduwe ‘Smids’ Anna’ door de tijd voor hij zelf een smederij aan de Langgrousterwei overnam.
In 1956 zat Sieger Cuperus in deze woning en hij ruilde met Haike Jacobs Kingma, die alles verbouwde en er een zuivelwinkel in begon.
Cuperus ging naar de overkant, het huis iets links van het midden, waar hij een winkel in galanterieën en landbouwbenodigdheden had. Vergelijk ook eens met de foto hierboven.