Nieuws:


Uitgelichte vensters:

As juf makket men hiel wat mei, der is dan ek in protte te fertellen. In pear ferhaaltsjes wol ik hjir meidiele.
By de Tulpe-kuiertocht yn Nes moasten ek skoallegroepen meidwaan. Sadwaande moast ik dêr mei yn’t spier. Om in bytsje kreas mei myn groepke foar it ljocht te kommen, hie ik my ynlêzen yn ‘e wedstryd-regleminten foar de kuiertochten. Myn lytse stappers moasten leare om tagelyk de rjochter en tagelyk de linkerfoet foarút te dwaan en netsjes op in rige te bliuwen. Dus oefenje mei marsjearen. Dat foel noch net ta om it ‘links rechts in de maat anders wordt de juffrouw kwaad’ der yn te stampen, mar it slagge al. Wat ik nea ferwachte hie, wy wûnen de earste priis! Dat moasten wy fiere! Ik ha myn lytse ‘helden’ trakteare! Hja hiene it fertsjinne.
Myn bûsen ha’k my wolris útskuord om de kâlde opmerkings fan myn bern. Sa fertelde ik in kear oer Jozef, dy’t út ‘e finzenis helle waard om nei farao brocht te wurden. Dêr koe Jozef fansels net smoarch hinne. Hy moast kreas yn ‘e klean. Hja lutsen him in swart rokje oan. ‘Wat stom juf, wêrom naaiden se de naad tusken syn fuotten net ticht dan hie hy in broekje oan!’
Op in kear wie ik slim ferkâlden. Ik stie myn noas te snuten, seit ien fan de baaskes: ‘Wat no juf, wol de auto net rjocht starte?’ Hâld dy dan mar ris goed. Der kaam in famke by my oan tafel: ‘Mei ik juf in geheimke fertelle?’Hja treaun har holle tsjin myn holle oan en sei: ‘Juf ik ha lúskes.’ Wat ha ik dy deis yn myn hier sitten te klauwen, ik fielde se rinnen, mar it wie net sa hear, loos alarm!
Doe’t ik sa ûngelokkich foel, mei myn holle op in iisrâne, koe ik net mear nei skoalle werom. Wat ha de bern en de âlders om my tocht! Al dy prachtige tekeningen en brieven en kaarten. Jimme ha my dêr mei holpen om wer better te wurden. Ik ha alles wat jim foar my makke ha, bewarre. Sa kin ik no nochris izze: Tige Tank!
Om’t myn sûnens net rjocht goed bliuwe wol, wit ik net oft ik kom op de reüny. Ik winskje yn alle gefallen elk in slagge reüny ta en faaks oant sjen op 26 maaie.

Op Facebook stond in 2018 de volgende mededeling
‘Nog 51 dagen en dan bestaat de christelijke school in Oosternijkerk 150 jaar. Schoolreünie op zaterdag 26 mei 2018, van 13.00 tot 19.30!
Geef je emailadres door op reunyfss@gmail.com. 
Verdere informatie en daadwerkelijke opgave volgt tzt.’
Dat leverde deze reactie op:

Expressiemiddag, 1995.
Donderdagmiddag 2 uur, tijd voor expressie. Er zijn meerdere onderdelen zoals textiel, papier, toneel, keukelen, hout en klei. Toen Janine Lous nog meewerkte aan deze middag nam ze één keer per cursusblok haar man dominee Cees Lous mee. Op de eerste foto ligt hij languit op de tafel als ‘slachtoffer’ om een gipsmasker te laten maken. Geert Hoekstra, Arjen Brouwer, Gert Jan Overeem, Karlijn Jansen, Johan Slagman (achter) en Geanna Tanja en Froukje Cuperus hebben duidelijk zin om de dominee eens goed in te smeren met gips! Ten bewijze dat hij het echt is, dient de tweede foto.
Een poos later kreeg ik deze brief van de dominee:

Beste Reinder.
Vandaag ontvingen wij via de post De Doarpsskille met daarin het artikeltje over het naderende jubileum van de Foeke Sjoerds Skoalle. Bij ons riep dat meteen weer vele goede herinneringen boven: Janine heeft een aantal jaren meegedaan als vrijwilliger bij de creatieve middag (of heette dat toen expressiemiddag?). Zij had de klei- en gipsgroep onder haar hoede. Elk blokje van zes weken begon met het maken van een gipsmasker op mijn gezicht. Janine heeft daar destijds een vijftal foto’s van gemaakt. Na enig speuren kwamen ze boven water. Mocht je daar belangstelling voor hebben (en het verhaaltje erbij), dan zal ik deze foto’s met genoegen scannen en opsturen. 
Natuurlijk had ik belangstelling voor de foto’s en per ommegaande elektronische post kreeg ik die toegestuurd, inderdaad met een aanvulling erbij:
De tekst in ons plakboek vermeldt exact dezelfde namen van de kinderen. Wel nog een leuke aanvulling: per sessie werden twee maskers gemaakt. Na afloop werden die verloot onder de kinderen van het groepje. Juist deze keer dat foto’s werden gemaakt, behoorde Geanna Tanja tot de gelukkigen. De week daarop zei haar vader Jappie Tanja (van hervormden huize ????): 
‘Ik heb het masker opgehangen. Heb ik eindelijk een gereformeerde dominee aan de muur!’

Er staat geen huis aan deze straat, wel is er een jeugdhonk, ’t Terpke, en ligt een lange zijkant van Streekhûs De Terp aan deze straat. 
Er was lange tijd geen naam voor dit gebied dat gebruikt werd als bouw- en grasland maar toen er een sportterrein kwam lag een beschikbare naam eigenlijk al besloten in de plek waar het terrein zou komen: langs de opvaart naar de Peazens, door de mensen in het dorp De Fiver genoemd. Deze opvaart vanaf de Paezens liep voorheen helemaal om het pastorieterrein heen naar De Buorren. Om op zijn erf te komen moest de dominee over een dam aldaar de gracht oversteken. In 1918 werd een groot gedeelte gedempt na twee dodelijke ongelukken.

In 1973 kwam er verandering in deze situatie: 
Eindelijk, eindelijk was het dan zover: de opening van het sportterrein in juni 1973!
Wat hadden ze er lang op moeten wachten, de sportbeoefenaars van Easternijtsjerk: de kaatsers, de korfballers en de voetballers. Van alles hadden ze geprobeerd om hun sport op een fatsoenlijk terrein te kunnen beoefenen. De kaatsers vonden vaak een plekje op het royale schoolplein van de Foeke Sjoerds Skoalle, de korfballers moesten soms een rondgang langs de landbouwers houden om voor de zaterdag een beschikbaar stuk weiland te vinden. Vooral in mei als er nog maar weinig was gemaaid en het vee al buiten liep. Ze vonden een plekje op een stuk land bij het Mûnehûs, naast de politiewoning, op het kampke bij Van Kleffens aan de Ropsterwei, bij het boerderijtje van Meinsma aan het Ald Each of op de plek waar later het dorpshuis zou verrijzen. Op een keer was er op vrijdagavond om halftien nog geen plek gevonden waar de volgende middag drie thuiswedstrijden gespeeld moesten worden. Boate van der Wagen van Bollingwier had die middag een stuk weiland gemaaid en was bereid om de volgende morgen een gedeelte in het midden vrij te maken zodat er die middag gekorfbald zou kunnen worden!
De voetballers hadden het nog moeilijker omdat er een groter terrein voor nodig was. Zo rond 1950 ontstond de voetbalclub VVON (Voetbal Vereniging Ooster Nijkerk) en die moest door gebrek aan een geschikt terrein helaas opgeheven worden. Enkele leden stapten over naar de voetbalclub in Eanjum waardoor tijdens de openingswedstrijd van het Kolkenfjild in Anjum het eerste elftal voor bijna de helft uit Easternijtsjerksters bestond!
In april 1948 was al een eerste stap gezet naar een sportterrein. Toen werd namelijk de Sportstichting opgericht, met als voornaamste doel om meer te bereiken voor de inwoners op het gebied van lichamelijke opvoeding. Een gymnastiek- en een korfbalclub waren eerste resultaten, maar tot de realisatie van een sportterrein kwam het nog steeds niet. Dat zou nog meer dan 20 jaar duren, maar in 1971 kwam de verrasende mededeling dat er in het kader van werkvoorziening een sportterrein zou worden aangelegd. Toen ging het vrij snel, het dorp moest wel 10 % bijdragen maar die f 6000,- kwam er middels een rondgang door het dorp, in augustus 1972 was het veld bespeelbaar en in juni 1973 was de officiële opening.

1934. De Fiver.
Op de achtergrond woningen aan De Buorren.
Deze foto uit Fen Fryske Groun is wat groezelig maar biedt toch een aantal details uit een tijd zo’n 80 jaar geleden. Op de voorgrond het water van De Fiver, voorheen een opvaart vanaf de rivier de Paesens bij de tille naar het centrum van het dorp. Links de bomen van de grote pastorietuin waar voor 1918 deze dorpsvaart helemaal omheen liep. In het midden van de foto de achterkant van het fourage-, brandstof- en transportbedrijf van Liekele en zoon Jan de Boer. Ze onderhielden ook een beurtdienst op Leeuwarden met een motorboot en een veepraam. Rechts van het midden staat de boerderij uit 1915 van de familie Johannes Holwerda en daar weer naast de achterkant van het kunstmestpakhuis van de firma Slagter en Zwart. Het zwarte hok helemaal rechts zal ook bij dat bedrijf hebben behoord.

1948. De Fiver.
Op deze helaas wat onduidelijke foto zijn toch wel een aantal details zichtbaar. Links de bomen van de pastorietuin, een tuin die sinds 1948 behoorlijk ingekort is door de bouw van het bankgebouw en de woning van de familie Sjerk Faber. Het eerste dakpuntje ernaast is van de familie Nanne Walda aan het Ald Tún en daarnaast de loods van ‘Slagter en Zwart’ met de karakteristiek schuinlopende zijwand. De boerderij midden op de foto werd jarenlang bewoond door leden van de familie Stiemsma voor in 1937 Riepke en Jantsje Blom-Sipma er terechtkwamen. Tegenwoordig ligt er naast die wat ‘verdekt opgestelde’ boerderij een bomenrijke hof, maar in 1948 was de boerderij op de achtergrond goed te zien. Het is de plaats waar de voermanderij van de familie Weidenaar uitgroeide tot een bloeiend transportbedrijf, vooral toen dat verplaatst werd naar De Buorren. De woningen rechts zijn moeilijk te onderscheiden maar maken deel uit van het woningencomplex op het Ald Tún, destijds woonden er nog vele gezinnen, nu nog maar twee. Het meest rechtse dak is mogelijk het boerderijtje van ‘Sjouke by de Tille’, Sjouke van der Ploeg. Rechts op de voorgrond is alles nog weiland, intussen staat daar dorpshuis De Terp (1965) en sinds 1973 zijn de sportvelden daar in gebruik. It Reedridersbosk is van nog later datum, maar voor het jaar 2000.